Aflevering 1: Waarom
De waarom vraag is dus de kernvraag, maar ook de referentievraag: als je het moeilijk hebt of als je met heel veel tegenslag te maken hebt wil je kunnen terugvallen op die diepere sterke overtuiging om dit te doen en dus door te zetten.
De waarom vraag is voor jongeren een erg moeilijke vraag geworden. Wie in deze moderne tijden van overvloed en eindeloze mogelijkheden is opgegroeid is alles vanzelfsprekend beginnen vinden. Als jongere is alles in een paar klikken fixbaar en online speelt er een hele virtuele wereld waar je vanuit je luie zetel naar kan kijken of zonder veel moeite wat kan in socialisen. Het is ook een wereld die ‘always on’ is waardoor vele jongeren vaak het gevoel hebben ‘mee te moeten zijn’ om niks te missen: FOMO, de ‘Fear Of Missing Out’ noemt men dat. Keuzes maken is moeilijk want kiezen voelt vaak aan als verliezen: FOBO, oftewel de ‘Fear Of a Better Option’. Samengevat: jongeren zijn heel vaak gericht op het externe, de buitenwereld bepaalt daardoor hoe ze zich voelen.
In die maalstroom is het dus erg moeilijk om een tegenbeweging te maken en net tot ‘inkeer’ te komen en de buitenwereld van je af te zetten om af te kicken van de dwingende dictatuur van de sociale media. Wat maakt het uit wat voor gekke tiktok iemand nu weer gemaakt heeft, stop even met staren naar een ander en luister even rustig naar jezelf.
Om te weten wat je echt drijft kan je bijvoorbeeld nadenken over je kinderdroom. Wat was het allerliefste wat je als kind deed? Wat is dus écht jouw droom? Het heerlijke aan een droom is dat het spontaan is en recht uit het hart komt. Er is dus niet over nagedacht, het is gewoon een heerlijk verlangen en goed gevoel!
Let wel, denk er voldoende lang over na of het effectief jouw droom is. Dit lijkt misschien een stomme, retorische vraag. Natuurlijk is een droom je eigen droom, hoe kan het ook anders. Wel, het kan anders, inderdaad. Soms besef je het zelf niet... sommige mensen jagen heel hun leven iets na wat eigenlijk niet hun eigen droom is, maar een droom die is aangepraat, geprojecteerd door een ander – vaak een van de ouders.
Een andere manier om hierover na te denken is te proberen achterhalen wat jou energie geeft. Als je met niks of niemand rekening moest houden, wat zou dan hetgene zijn dat je de hele tijd liefst vanal zou doen? Probeer hier zo vrij en onbevangen mogelijk over na te denken, antwoord eigenlijk het liefst heel spontaan op deze vraag en flap je het antwoord eruit, hoe minder nadenken hoe beter!
Eens je weet waarvan je droomt of wat je echt energie geeft komen we natuurlijk bij een andere essentiële vraag: hoe graag wil je deze droom realiseren? Hoeveel energie wil je steken in datgene wat je zo eindeloos veel energie teruggeeft? Dit is wat we dat ‘heilige vuur’ noemen: Hoe graag wil je iets? Hoeveel drang heb je om te bereiken wat je je voorneemt? Is het een drang (een positieve, gezonde drijvende kracht) of eerder een dwang (een soort negatief geladen plicht, iets waar consequenties zijn als het niet gebeurt)?
Zonder een brandende energie vanbinnen kan je beter iets anders gaan doen dan afzien op een fiets. Zonder een soort allesoverstijgend idee en geloof dat je iets heel erg graag wil en er àlles voor wil doen heeft topsport geen enkele zin. De plaatsjes zijn immers zeer duur, en in de mondiale sport die wielrennen is kom je er echt niet met talent alleen. Talent is een soort instapvereiste, maar al de rest doe je met wilskracht en toewijding, met werken en inzet, met ervoor gaan en niet versagen, focussen en telkens weer doorgaan, falen, bijleren en opnieuw beginnen. Voetballer Vincent Kompany had in zijn carrière 47 blessures. Toch werd ‘Vince The Prince’ 6 keer kampioen en won hij 8 bekers. Hij werd speler van het jaar in België en Engeland. Zonder kop van staal, brandend vuur van binnen en ijzeren doorzettingsvermogen was dit nooit gelukt. Kampioenen hebben iets onverzettelijks, ze hebben de heilige overtuiging dat ze kunnen bereiken wat ze willen bereiken. Zoals Tom Boonen het zei: ‘Ik geloofde bij elke koers waar ik startte dat ik ze kon winnen.’
Met deze eerste stap dagen we je dus uit om goed na te denken over datgene waarmee je bezig bent en bewust te kiezen voor datgene wat je zo graag wil. Zoals Lukaku: Op z’n zesde wist hij dat hij op z’n 16de als profvoetballer zijn eerste match zou spelen, wat ook zo geschiedde. Hij ging ervoor, twijfelde nooit, en koos consequent voor zijn droom!
